Een grote hulp bij het verhuizen van onze spullen, waarop wij bovendien altijd een beroep mogen doen voor kleine en grotere klusjes, is de Toneelman. Het fijne aan hem is dat dat na het klussen meestal uitmondt in een diepzin-
nig gesprek over religieuze tradities bij bijvoorbeeld Indianen of Aboriginals; of dat hij herinnerin-
gen gaat ophalen aan de tijd dat hij als belichter voor diverse theatergezelschappen werkte. De Toneelman kan geweldig vertellen over het geïnspireerde (en inspirerende!) geknutsel van Dogtroep en verwante gezel-
schappen, zowel nationaal als internationaal. Beer en ik zijn dol op zijn verhalen en hij is één van de weinige mensen die Beer nieuwsgierig weet te maken naar spiritualiteit. Als we bij hem komen, kookt hij heerlijke maaltijden met gierst, wilde rijst en ander ons onbekend reformvoedsel. Op bijna fluisterende toon begint hij dan te vertellen en we hangen aan zijn lippen. Ik krijg altijd een erg goed gevoel van zijn warme, hartelijke vibe. En dan te bedenken dat ik als kind bang voor hem was. Onze familie heeft namelijk al een lange geschiedenis met de Toneelman. Als kind woonde hij bij de oma van mijn moeder in de straat. Mijn moeder en hij speelden als kinderen dus wel eens met elkaar. Jaren later, toen mijn ouders samen gingen wonen, werd hij hun buurman. Toen ik kwam, werd ik dus zijn buurmeisje. Onze huizen hadden een gezamenlijk binnenplaatsje waar ik als kind graag speelde. Maar als hij dan langsliep om in of uit zijn huis te gaan, dook ik weg. Toen wij verhuisden, verloren we elkaar uit het oog. Nog weer jaren later kreeg de Toneelman een relatie met destijds één van de beste vriendinnen van mijn moeder. Die relatie is niet meer, maar ik heb besloten altijd vriendjes met de Toneelman te willen blijven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten